Als volksvertegenwoordiger in Haarlemmermeer voel ik dagelijks de verantwoordelijkheid om de stem van onze inwoners te vertalen naar beleid dat hun belangen dient, een beleid dat beter voor Haarlemmermeer is. Die stem, die soms fluistert en soms schreeuwt, is de kern van onze democratie. Maar wat als die stem wordt genegeerd, of erger, wordt vervormd door onbetrouwbare systemen? Wat als de cijfers waarop we ons beleid baseren, niet de werkelijkheid weerspiegelen? Dat is precies wat er speelt rond de klachtenregistratie over Schiphol en het is hoog tijd dat het college van burgemeester en wethouders zijn verantwoordelijkheid neemt.
Op 23 juni 2025 stelde onze fractie schriftelijke vragen over de registratie van klachten over Schiphol, naar aanleiding van een burgerinitiatief dat de betrouwbaarheid van systemen als BAS en OverMijnDak in twijfel trok. Een inwoner ontdekte dat deze systemen fraudegevoelig zijn – denk aan fictieve accounts die honderden klachten genereren zonder dat iemand op het opgegeven adres woont. Dit is geen kleinigheid. Als de data over geluidsoverlast niet kloppen, baseren we ons beleid op drijfzand. De antwoorden van het college op 8 juli waren echter teleurstellend: een herhalend “wij gaan hier niet over” en een doorverwijzing naar BAS of Schiphol zelf. Dit is bestuurlijke passiviteit die het vertrouwen van onze inwoners ondermijnt en zeker niet bijdraagt aan een beter Haarlemmermeer.
Burgerparticipatie is geen modewoord; het is de ruggengraat van goed bestuur. In een tijd waarin inwoners steeds mondiger zijn en met eigen onderzoeken en initiatieven komen, is het onbegrijpelijk dat het college niet op de hoogte is van deze signalen. Een inwoner die de moeite neemt om de betrouwbaarheid van klachtenregistraties te onderzoeken, verdient een college dat luistert, analyseert en handelt. In plaats daarvan kregen we een antwoord dat louter wijst op formele verantwoordelijkheden elders. Maar bestuurlijke verantwoordelijkheid stopt niet bij de grenzen van een organigram. Het college heeft een plicht om de belangen van haar inwoners te behartigen, zeker als het gaat om een dossier zo gevoelig als Schiphol, waar geluidsoverlast de leefkwaliteit van velen raakt.
De integriteit van data is cruciaal. Beleid rond Schiphol – denk aan vliegroutes, nachtvluchten of uitbreidingsplannen – leunt zwaar op klachtenregistraties. Als die data gemanipuleerd kunnen worden door massameldingen of fictieve accounts, riskeren we verkeerde besluiten. Strengere restricties voor de luchtvaart gebaseerd op opgeblazen cijfers? Of juist het bagatelliseren van echte overlast door een vertekend beeld? Beide scenario’s schaden de balans tussen economische belangen en de leefbaarheid van onze gemeente. Het college kan niet wegkijken en zeggen: “Dat is niet onze taak.” Het heeft een politieke en morele plicht om de betrouwbaarheid van deze data te waarborgen, al is het maar door het probleem aan te kaarten bij de Maatschappelijke Raad Schiphol (MRS), de VNG of het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). Dat zou een stap zijn die beter voor Haarlemmermeer is.
Wat ons nog meer zorgen baart, is de impact op het vertrouwen van onze inwoners. Als burgers het gevoel krijgen dat hun klachten niet serieus worden genomen, of dat het systeem manipuleerbaar is en het college dit negeert, groeit de kloof tussen overheid en samenleving. Dit voedt polarisatie, wantrouwen en cynisme – precies het tegenovergestelde van wat we in Haarlemmermeer nodig hebben. Het college zegt direct contact te hebben met bewoners. Maar wat gebeurt er met hun signalen? Worden die doorgeschoven naar een bureaucratische molen, of erger, genegeerd? Dit is geen bestuur dat vertrouwen uitstraalt, terwijl vertrouwen essentieel is en beter voor Haarlemmermeer.
Er zijn alternatieven. Het college kan onafhankelijke steekproeven doen, de eigen sensormeetpunten vergelijken met de data van de genoemde platforms of samenwerken met bewonersplatforms en experts. Dit zijn concrete stappen die laten zien dat de gemeente haar inwoners serieus neemt. Onze fractie heeft het college verzocht om zich te verdiepen in het bewuste onderzoek, de betrouwbaarheid van meldsystemen aan te kaarten bij MRS en IenW, en alternatieve methodieken te onderzoeken. Daarnaast pleiten we voor actieve betrokkenheid van inwoners bij het verbeteren van dataverzameling over geluidsoverlast. Dit zijn geen radicale eisen, maar logische stappen voor een college dat zegt burgerparticipatie te omarmen.
Het is tijd dat het college zijn afwachtende houding laat varen. Schiphol is een dossier dat vraagt om bestuurlijke moed, om een college dat zich niet verschuilt achter formele grenzen, maar proactief optreedt. Betrouwbare data en betrokken burgers zijn geen luxe, maar een noodzaak voor goed beleid. Laten we samenwerken met onze inwoners, hun signalen serieus nemen en zorgen dat het vertrouwen in onze procedures groeit. Want een gemeente die haar burgers negeert, verliest haar ziel. Een gemeente die luistert en handelt, is beter voor Haarlemmermeer.
Paul Meijer,
Raadslid BVNL Haarlemmermeer
[eerder gepubliceerd op NieuwRechts
Op 23 juni 2025 stelde onze fractie schriftelijke vragen over de registratie van klachten over Schiphol, naar aanleiding van een burgerinitiatief dat de betrouwbaarheid van systemen als BAS en OverMijnDak in twijfel trok. Een inwoner ontdekte dat deze systemen fraudegevoelig zijn – denk aan fictieve accounts die honderden klachten genereren zonder dat iemand op het opgegeven adres woont. Dit is geen kleinigheid. Als de data over geluidsoverlast niet kloppen, baseren we ons beleid op drijfzand. De antwoorden van het college op 8 juli waren echter teleurstellend: een herhalend “wij gaan hier niet over” en een doorverwijzing naar BAS of Schiphol zelf. Dit is bestuurlijke passiviteit die het vertrouwen van onze inwoners ondermijnt en zeker niet bijdraagt aan een beter Haarlemmermeer.
Burgerparticipatie is geen modewoord; het is de ruggengraat van goed bestuur. In een tijd waarin inwoners steeds mondiger zijn en met eigen onderzoeken en initiatieven komen, is het onbegrijpelijk dat het college niet op de hoogte is van deze signalen. Een inwoner die de moeite neemt om de betrouwbaarheid van klachtenregistraties te onderzoeken, verdient een college dat luistert, analyseert en handelt. In plaats daarvan kregen we een antwoord dat louter wijst op formele verantwoordelijkheden elders. Maar bestuurlijke verantwoordelijkheid stopt niet bij de grenzen van een organigram. Het college heeft een plicht om de belangen van haar inwoners te behartigen, zeker als het gaat om een dossier zo gevoelig als Schiphol, waar geluidsoverlast de leefkwaliteit van velen raakt.
De integriteit van data is cruciaal. Beleid rond Schiphol – denk aan vliegroutes, nachtvluchten of uitbreidingsplannen – leunt zwaar op klachtenregistraties. Als die data gemanipuleerd kunnen worden door massameldingen of fictieve accounts, riskeren we verkeerde besluiten. Strengere restricties voor de luchtvaart gebaseerd op opgeblazen cijfers? Of juist het bagatelliseren van echte overlast door een vertekend beeld? Beide scenario’s schaden de balans tussen economische belangen en de leefbaarheid van onze gemeente. Het college kan niet wegkijken en zeggen: “Dat is niet onze taak.” Het heeft een politieke en morele plicht om de betrouwbaarheid van deze data te waarborgen, al is het maar door het probleem aan te kaarten bij de Maatschappelijke Raad Schiphol (MRS), de VNG of het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). Dat zou een stap zijn die beter voor Haarlemmermeer is.
Wat ons nog meer zorgen baart, is de impact op het vertrouwen van onze inwoners. Als burgers het gevoel krijgen dat hun klachten niet serieus worden genomen, of dat het systeem manipuleerbaar is en het college dit negeert, groeit de kloof tussen overheid en samenleving. Dit voedt polarisatie, wantrouwen en cynisme – precies het tegenovergestelde van wat we in Haarlemmermeer nodig hebben. Het college zegt direct contact te hebben met bewoners. Maar wat gebeurt er met hun signalen? Worden die doorgeschoven naar een bureaucratische molen, of erger, genegeerd? Dit is geen bestuur dat vertrouwen uitstraalt, terwijl vertrouwen essentieel is en beter voor Haarlemmermeer.
Er zijn alternatieven. Het college kan onafhankelijke steekproeven doen, de eigen sensormeetpunten vergelijken met de data van de genoemde platforms of samenwerken met bewonersplatforms en experts. Dit zijn concrete stappen die laten zien dat de gemeente haar inwoners serieus neemt. Onze fractie heeft het college verzocht om zich te verdiepen in het bewuste onderzoek, de betrouwbaarheid van meldsystemen aan te kaarten bij MRS en IenW, en alternatieve methodieken te onderzoeken. Daarnaast pleiten we voor actieve betrokkenheid van inwoners bij het verbeteren van dataverzameling over geluidsoverlast. Dit zijn geen radicale eisen, maar logische stappen voor een college dat zegt burgerparticipatie te omarmen.
Het is tijd dat het college zijn afwachtende houding laat varen. Schiphol is een dossier dat vraagt om bestuurlijke moed, om een college dat zich niet verschuilt achter formele grenzen, maar proactief optreedt. Betrouwbare data en betrokken burgers zijn geen luxe, maar een noodzaak voor goed beleid. Laten we samenwerken met onze inwoners, hun signalen serieus nemen en zorgen dat het vertrouwen in onze procedures groeit. Want een gemeente die haar burgers negeert, verliest haar ziel. Een gemeente die luistert en handelt, is beter voor Haarlemmermeer.
Paul Meijer,
Raadslid BVNL Haarlemmermeer
[eerder gepubliceerd op NieuwRechts